Signaleren van dyslexie

Dyslexie en gevolgen

Dyslexie is meer dan alleen een probleem hebben met lezen en spellen. De gevolgen van dyslexie kunnen op diverse fronten voor problemen zorgen, vooral als dyslexie niet wordt onderkend. Zo blijkt bijvoorbeeld uit verschillende onderzoeken, dat kinderen met dyslexie een verhoogde kans hebben op depressieve verschijnselen, faalangst  en angstgevoelens. Ze worden sneller gepest, of zijn bang om gepest te worden als klasgenoten merken dat ze lager presteren. Uit een meta-analyse van Elbaum en Vaughn (2001) naar interventies bij leerproblemen blijkt dat ze wat leren betreft een lager zelfbeeld hebben dan hun medeleerlingen. Ze worden vaker afgewezen, niet geaccepteerd en genegeerd door leeftijdsgenoten. Ook ontwikkelen ze snel spanningen en frustraties.

Wat we waarnemen in de klas:
              Sam (8 jaar) vindt lezen erg moeilijk, maar heeft een grote algemene kennis. Hij verheugt zich op groep 5 en de zaakvakken. Na een week in groep 5 verandert zijn gedrag van vrolijk en aanwezig naar teruggetrokken en stil. De groepsleerkracht neemt aan dat hij moet wennen.
              Victor (9 jaar) heeft extra begeleiding voor lezen. Dit vindt plaats aan het begin van de dag. Na een ongeveer 5 minuten begint hij al onbedaarlijk te gapen. De groepsleerkracht denkt dat hij niet op tijd naar bed gaat. Hij lijkt ‘s ochtends al moe op school te komen.
              Shirley (9 jaar) heeft een hekel aan lezen. Ze is niet gemotiveerd voor stillezen en bij begrijpend lezen doet ze niet goed mee. Ze zucht hoorbaar en vraagt regelmatig wanneer ze wat anders mag gaan doen. Ze klaagt ook vaak over hoofdpijn en buikpijn. De groepsleerkracht vindt haar lui en ongemotiveerd voor leren.
              Nina (11 jaar) vertoont vreemd gedrag op momenten dat de klas in gesprek is met elkaar. Ze doet niet mee met het gesprek. Ze droomt ofwel weg, of stoort door onrustig te wiebelen op haar stoel. De groepsleerkracht vindt haar in de groep lastig, terwijl ze in een 1-op-1 situatie heel anders overkomt.

De oorzaken:
              Sam (8 jaar) merkt al sinds groep 3, dat hij slecht en traag leest in vergelijking met zijn klasgenoten. Hij oefent veel en hard en toch haalt hij zijn achterstand niet in. In groep 5 kan hij de teksten van de zaakvakken niet snel lezen. Hij schaamt zich en wordt depressief. Thuis vertelt hij dat hij dom is en nergens voor deugt. Hij trekt zich terug en hoopt dat zijn falen hierdoor niet opvalt.
              Victor (9 jaar) gaat elke avond om half acht naar bed en slaapt vrijwel meteen, blijkt uit een gesprek met zijn ouders. Een schooldag is vermoeiend voor hem. Door de spanning die lezen en de extra begeleiding oplevert haalt hij niet goed adem. Zijn lichaam corrigeert dit door te gapen.
              Shirley (9 jaar) heeft veel moeite met lezen. Ze moet een tekst soms wel drie keer lezen voor ze begrijpt wat er staat, vertelt ze zelf. Het frustreert haar enorm en haar motivatie is naar een nulpunt gedaald. Ze wil eigenlijk niet laten merken hoe moeilijk ze lezen vindt. Daarom probeert ze lezen zoveel mogelijk te ontwijken door o.a. te klagen over hoofdpijn of buikpijn.
              Nina (11 jaar) heeft erg veel last van omgevingsruis blijkt uit een gesprekje. Als veel mensen tegelijkertijd praten kan ze de stemmen niet filteren en weet ze niet welke geluiden belangrijk zijn. Ook vindt ze het moeilijk om snel woorden te vinden en goede zinnen te formuleren. Hierdoor kan ze niet goed meedoen met gesprekken en discussies. Ze compenseert dit door druk gedrag.

Doordat de groepsleerkracht het gedrag van deze leerlingen waarneemt en de relatie legt met het leerprobleem, kan de kijk van de leerkracht op deze leerlingen positief veranderen. Signaleren gaat daarom verder dan het volgen van de lees- en spellingontwikkeling.
 

© 2014 - 2024 De Dyslexie-Express | sitemap | rss | webwinkel beginnen - powered by Mijnwebwinkel